Kijkend door het raam zie ik de wereld.
Verzonken
in een waas van grijs.
De contouren van huizen,
net zichtbaar.
Koplampen doorboren
het
wazige.
En het is zo
stil in mij
Lopend langs de
haven
Water, koud en donker.
Omhuld door warmte en zachtheid van
wol en dons,
Vervolg ik mijn
weg door de
wittige
grijze
wereld.
Waarin alles is
verzacht en
vervaagt.
Luisterend ga ik verder en ik hoor
een motor.
De boot verstopt achter het
riet.
Een schreeuw van
meeuwen.
Scherend over het water
doorbreken ze de
gedempte
Stilte.
Mijmerend sta ik daar
omringd door bomen.
Roerloos hangen hun takken
dik en sterk.
De knoppen van een
kastanjeboom,
kleverig en
overvloedig aanwezig.
Zaadjes liggen
verstopt onder de grond.
Er is vruchtbaarheid,
Rust en potentie.
Een fase
van rust
en
verstilling.
Die zo bij het
leven
hoort.
Krachten te
Verzamelen,
voor
straks.
En het is zo
stil in mij
Genietend warm ik mijn handen aan het
glas.
Ik drink met kleine slokjes.
De lekkerste
Chai Latte van deze
stad.
De mooie, invoelende
woorden van
Kim, de jonge serveerster
klinken nog na
in de ruimte.
Even voel ik nog
de sfeer van
samen delen, van
verbinding en herkenning.
Over de schoonheid van
deze dag
in mistig Middelburg.
Muziek, bedrijvigheid,
klinkende stemmen
brengen mij weer terug,
uit mijn
gedachten.
En dan ga ik weer.
Zachtjes zing ik:
"En het is zo stil in mij, ik heb nergens woorden voor
Het is zo stil in mij en de wereld draait maar door
Het is zo stil in mij, ik heb nergens woorden voor
Het is zo stil in mij". (van Dik Hout)